Skip links

Radiuskop fractuur

Mechanisme

Val op gestrekte arm of indirect door valgus/pronatie stress bij een geabduceerde arm.  

Kliniek

Pijn en zwelling aan de laterale zijde van de elleboog met beperking van extensie, pro -en supinatie. 

Diagnostiek

X-elleboog AP en lateraal, en overweeg specifiek voor de radiuskop en
het capitellum een “ingeschoten” foto, ook wel een ¾ opname.
 
Bij een “ingeschoten” foto ligt de onderarm evenals bij de laterale opname op de laterale rand van de onderarm met elleboog in 90 graden en wordt er onder een hoek van 45 graden (midden tussen AP en lateraal) een röntgenopname gemaakt.
 
Gewrichtseffusie bij een fractuur geeft een positief anterieur fatpad sign (sail-sign) en / of posterior fatpad. Soms is dit de enige aanwijzing voor een occulte fractuur. Bij volwassenen is dit meestal een occulte radiuskopfractuur, en bij kinderen vaker een supdracondylaire fractuur. Een posterieur fatpad kan soms bij kinderen optreden bij alleen weke delenletsel.
 
Beoordeel bij de laterale röntgenopname van de elleboog twee lijnen:
  • De radio-capitellaire lijn: een lijn centraal door de radius die centraal door het capitellum loopt.
  • De anterieure humerale lijn: een lijn langs de voorzijde van de humerus die door het voorste 1/3 van het capitellum passeert.
Wanneer een van de bovenstaande lijnen afwijkend is moet je bedacht zijn op een fractuur of een radiuskopluxatie.
 
Zondagsarmpje

Dit betreft een subluxatie van het radiuskopje, doorgaans bij een jong kind waar plots aan het armpje werd getrokken. Dit is een klinische diagnose zonder afwijkende foto.

Onderzoek altijd ook de pols om een Essex-Loprestie uit te sluiten.

Behandeling

Repositie middels druk op het radiuskopje en een geforceerde supinatie gevolgd door een vlotte flexiebeweging.

     

 

Op deze opnamen geen fractuur zichtbaar, wel een positief anterieur en posterieur fatpad sign. Aanvullend werd een “ngeschoten / ¾” opname gemaakt: 
 

Soms is een ¾ opname nog niet conclusief, dan is een CT nodig:






Indeling

Belangrijkste factoren te beoordelen zijn mate van dislocatie, grootte van het fragment en comminutie.

Geassocieerde letsels zijn:
  • Elleboogsluxatie
  • Olecranonfractuur
  • Monteggia fractuur; Radiuskopfractuur met een fractuur van de proximale ulna
  • Essex Lopresti fractuur; (Comminutieve) radiuskop of halsfractuur met letsel van het membrane interossae en distale radio-ulnaire luxatie
  • Letsel weke delen:
    • Mediaal collateraal ligament
    • Membrana interossea
    • Triangulaire fibrocartilagineuze complex

Classificatie volgens Mason van de radiusKOP fracturen:

  • Type I: fractuur met <= 2 mm dislocatie.
  • Type II: gedeeltelijk intra-articulaire fractuur met dislocatie van > 2mm, niet comminutief.
  • Type III: comminutieve fractuur van de hele radiuskop.
  • Type IV: fractuur met dislocatie van het ellebooggewricht.

Classificatie volgens Mason van de radiusHALS fracturen:

  • Type I : niet verplaatst
  • Type II : verplaatst en reconstrueerbaar
  • Type III : verplaatst en niet reconstueerbaar (comminutief)

Behandeling radiusKOP fractuur

Conservatief

Mason I à  Drukverband gedurende 5-7 dagen. Bij te veel pijn kan gipsimmobilisatie worden overwogen. Actief oefenen na een week. 

Controle na 1 week en na 3-4 weken.

Complicaties: verminderde extensie elleboog, beperking pro -en supinatie, instabiliteit van de elleboog en chronische pijn

Operatief

Mason II à Oefenstabiele osteosynthese met (AO) mini fragmentschroef / plaatje

Mason III à Oefenstabiele osteosynthese. Bij comminutie van de radiuskop kan primaire radiuskopresectie worden overwogen. Bij voorkeur niet bij patiënten < 50 jaar. Andere optie is de implantatie van een radiuskopprothese.

6 weken onbelast mobiliseren. 6 weken brace bij instabiliteit.

Controle na 2 weken met X-foto en controle na 6 weken met X-foto en start oefeningen.

Complicaties: verminderde extensie elleboog, beperking pro -en supinatie, instabiliteit van de elleboog en chronische pijn, non en malunion, infectie. 

Behandeling radiusHALS fractuur

Conservatief

Indicatie: niet verplaatste radius hals fractuur (Mason I / Fissuur).

Therapie: Drukverband gedurende 5-7 dagen. Bij te veel pijn kan gipsimmobilisatie worden overwogen. Actief oefenen na een week. 

Nabehandeling en controles: X na 1 week, start oefenen op geleide toto. X en functie na 3 en 6 weken. Risico en complicaties: chronische pijn, extensie beperking, pseudarthrose.

Operatief

Indicatie: verplaatste radiushals fractuur (Mason II en III). Therapie: gesloten of open repositie en fixatie (evt excisie radiuskop en/of prothese plaatsen.

Nabehandeling en controles: X na 1 week, start oefenen, X en functie na 3 en 6 weken. 60 Risico en complicaties : chronische pijn, functiebeperking, osteonecrose, pseudarthrose

Gedisloceerd radiuskopje voor – na repositie

Behandeling kinderen 

Bij kinderen betreft het bij radiushalsfracturen bijna altijd Salter I of II fractuur. 

Behandel radiushalsfracturen met angulatie tot 30 graden conservatief met gips gedurende 3 weken, waarna actief geoefend moet worden, zo nodig met fysiotherapie (met name pronatie en supinatie).

Overweeg repositie met of zonder fixatie van de radiushals bij angulatie groter dan 30 graden.

richtlijn NVVH

Conservatief: 
– Afhankelijk van leeftijd en dislocatie 
– Eventueel reponeren 
– Drukverband of gipsspalk in 90° flexie 1 week
(Bij veel pijn maximaal totaal 3 weken gips, dan gips af + functioneel) 
– Eventueel functioneel


Operatief: 
– Als conservatief niet lukt 
– Of bij té veel dislocatie >45-60° of verplaatsing > 50%